Stap voor stap
Deze kalender beschrijft een complete oogst, wat wil zeggen 1 tot 7 dagen groeifase, en 9 weken bloei.
Aangezien soorten verschillend zijn en de seizoenen buiten van grote invloed zijn op het klimaat binnen kunnen je planten soms eerder of later klaar zijn. De weekvermeldingen zijn wat dat betreft alleen een indicatie.
Ook wat betreft de voedingsconcentraties zijn dit alleen aanwijzingen. Met ander kraanwater zal je ph anders verlopen en heb je misschien iets meer of minder voeding of zuur nodig.
Hier staat alleen beschreven hoe het zou moeten zijn, in de praktijk is dit niet altijd even haalbaar.
Blijf goed naar de planten kijken.
Dag 1
-Warm de ruimte op tot 24 graden Celsius.
-Breng de luchtvochtigheid tussen 80 en 90%.
-Doe zo weinig lampen aan (bv. 1). Hang de lamp(en) zo hoog mogelijk.
-Minimaliseer de afzuiging of zet hem uit .
-Vul de potten helemaal, duw de grond licht aan.
-Geef per plant zoveel water zodat de grond gelijkmatig vochtig is.
-Geef alle planten ,binnen 10 minuten na het zetten, water omdat anders de
droge grond het stekplugje leegzuigt.
-Water sproeien, zodat de planten en de ruimte vochtig zijn, maar verzadig de grond niet met sproeiwater want hier is de ph niet van geregeld.
-Afhankelijk van de soort begin je tussen nu en 7 dagen met de bloeifase.
Week 1
-De eerste week de vochtigheid boven de 75 % houden
-Vanaf dag 2 preventief insecticide sproeien, om de 3 dagen tot aan de bloemvorming en voornamelijk onder de bladeren.
-Zodra de planten enkele centimeters gegroeid zijn, kan je de planten selecteren op grootte. Zet grote planten aan de buitenkant en de kleine planten in het midden.
Hoe vaker je dit doet hoe gelijkmatiger de planten zich ontwikkelen.
-Na ongeveer een week (tussen de 5 en 9 dagen) hebben de planten water nodig.
Geef alleen de planten water die droog zijn en laat de anderen eerst droog worden .
-Normaal gesproken kan je na een week ongeveer 2/3 deel van de lampen aandoen.
Dit is afhankelijk van :
1) de beheersing van de luchtvochtigheid en
2) de ontwikkeling van de planten de eerste week.
Vaak hangen deze factoren samen.
Als de planten bijv. tijdens de aanplant of vanwege een te lage luchtvochtigheid een shock hebben opgelopen kan het zijn dat ze nog niet tegen zoveel licht kunnen. In dit geval liever wachten met het opvoeren van de hoeveelheid licht temeer omdat dit ook een hoge luchtvochtigheid bemoeilijkt.
Week 2
-Houd de luchtvochtigheid rond de 70%.
-Blijf sproeien tegen insecten.
-Rangschikken en selecteren, in deze fase alleen planten water geven die droog zijn, maar over het algemeen bij de planten die goed gaan een iets vochtigere pot hanteren. Water geven met voeding.
-Ventilator langzaam aanzetten en opvoeren (kwartier/uur).
-Zet de laatste lampen aan.
-Voer de afzuiging op.
Week 3
-Houd de luchtvochtigheid tussen de 65 en de 70%.
-Laat de lampen geleidelijk zakken, 600wat min. 50cm en 400wat min. 40 cm.
-Geef voedingswater.
-Voer de afzuiging op.
- Plm. einde deze week voor de laatste keer sproeien . Dit is afhankelijk van de soort en hoe snel de bloei intreedt.
-Bestel bij de growshop de natuurlijke vijanden die je preventief wil uitzetten.
Roofwants en bodemroofmijt werken tegen praktisch alle plagen.
Alleen hardnekkige spint komt dan nog soms voor. In dit geval zet ik alsnog roofmijt, speciaal tegen de spint, uit.
Week 4
- Luchtvochtigheid van 65% afbouwen naar 60% in de loop van 4 weken.
- Sproei de planten 7 dagen af met schoon water, ook onder de bladeren, voordat je de natuurlijke vijanden (roofinsecten) uitzet.
- Insecten ophalen die je vorige week besteld hebt en uitzetten
- Ventilator maximaal.
- Lampen nu op minimale afstand.
- Geef voedingswater
- Zoek naar schadelijke insecten.
Week 5
-Luchtvochtigheid ong. 60%
-Voedingswater ev. met PK13-14.
-Zoek naar schadelijke insecten.
-Ruim alle dode afgevallen blaadjes op (en andere troep).
-Check de kleur van de bladeren en test de grond. Bij twijfel naar de growshop gaan.
Week 6
-Luchtvochtigheid ong. 60%.
-Voedingswater ev. met PK13-14.
-Zoek naar schadelijke insecten.
Week 7
-Luchtvochtigheid ong. 60%.
-Voedingswater met PK13-14.
-Zoek naar schadelijke insecten.
-Ruim alle dode afgevallen blaadjes op (en andere troep).
Week 8
-Luchtvochtigheid ong. 60%.
-Water geven zonder voeding.
-Test de grond. Als er veel zouten inzitten kan de grond niet meer gebruikt worden voor de volgende kweek, tenzij je deze zouten eruit spoelt. I.d.g. doorspoelen met cannazym (totdat ec < 1,6). Dit maakt de geblokkeerde voeding los en breekt tevens de dode wortels af. Corrigeer met je spoelwater (indien nodig) de pH.
-Zoek naar schadelijke insecten.
Week 9
-Houd de vochtigheid laag om schimmel te voorkomen(=55%).
-Geen water meer geven.
-Contoleer de dikste toppen op schimmel. Buig voorzichtig een grote top open totdat je de tak ziet. Zoek naar witte of bruine schimmelharen, bruine en grijze vlekken, en slijmerige plekken. Meestal heeft een schimmelende top ook verdorde, gele of bruine blaadjes. Zoek naar schimmel bij een lelijk blaadje in de dikke toppen. Laat bij twijfel een aangetast topje in de growshop zien. Als je schimmel vind, kan je het beste meteen oogsten, want het kan zich heel snel verspreiden.
-Als 2/3e van de wiethaartjes bruin is, kan je oogsten.
Grtz
Deze kalender beschrijft een complete oogst, wat wil zeggen 1 tot 7 dagen groeifase, en 9 weken bloei.
Aangezien soorten verschillend zijn en de seizoenen buiten van grote invloed zijn op het klimaat binnen kunnen je planten soms eerder of later klaar zijn. De weekvermeldingen zijn wat dat betreft alleen een indicatie.
Ook wat betreft de voedingsconcentraties zijn dit alleen aanwijzingen. Met ander kraanwater zal je ph anders verlopen en heb je misschien iets meer of minder voeding of zuur nodig.
Hier staat alleen beschreven hoe het zou moeten zijn, in de praktijk is dit niet altijd even haalbaar.
Blijf goed naar de planten kijken.
Dag 1
-Warm de ruimte op tot 24 graden Celsius.
-Breng de luchtvochtigheid tussen 80 en 90%.
-Doe zo weinig lampen aan (bv. 1). Hang de lamp(en) zo hoog mogelijk.
-Minimaliseer de afzuiging of zet hem uit .
-Vul de potten helemaal, duw de grond licht aan.
-Geef per plant zoveel water zodat de grond gelijkmatig vochtig is.
-Geef alle planten ,binnen 10 minuten na het zetten, water omdat anders de
droge grond het stekplugje leegzuigt.
-Water sproeien, zodat de planten en de ruimte vochtig zijn, maar verzadig de grond niet met sproeiwater want hier is de ph niet van geregeld.
-Afhankelijk van de soort begin je tussen nu en 7 dagen met de bloeifase.
Week 1
-De eerste week de vochtigheid boven de 75 % houden
-Vanaf dag 2 preventief insecticide sproeien, om de 3 dagen tot aan de bloemvorming en voornamelijk onder de bladeren.
-Zodra de planten enkele centimeters gegroeid zijn, kan je de planten selecteren op grootte. Zet grote planten aan de buitenkant en de kleine planten in het midden.
Hoe vaker je dit doet hoe gelijkmatiger de planten zich ontwikkelen.
-Na ongeveer een week (tussen de 5 en 9 dagen) hebben de planten water nodig.
Geef alleen de planten water die droog zijn en laat de anderen eerst droog worden .
-Normaal gesproken kan je na een week ongeveer 2/3 deel van de lampen aandoen.
Dit is afhankelijk van :
1) de beheersing van de luchtvochtigheid en
2) de ontwikkeling van de planten de eerste week.
Vaak hangen deze factoren samen.
Als de planten bijv. tijdens de aanplant of vanwege een te lage luchtvochtigheid een shock hebben opgelopen kan het zijn dat ze nog niet tegen zoveel licht kunnen. In dit geval liever wachten met het opvoeren van de hoeveelheid licht temeer omdat dit ook een hoge luchtvochtigheid bemoeilijkt.
Week 2
-Houd de luchtvochtigheid rond de 70%.
-Blijf sproeien tegen insecten.
-Rangschikken en selecteren, in deze fase alleen planten water geven die droog zijn, maar over het algemeen bij de planten die goed gaan een iets vochtigere pot hanteren. Water geven met voeding.
-Ventilator langzaam aanzetten en opvoeren (kwartier/uur).
-Zet de laatste lampen aan.
-Voer de afzuiging op.
Week 3
-Houd de luchtvochtigheid tussen de 65 en de 70%.
-Laat de lampen geleidelijk zakken, 600wat min. 50cm en 400wat min. 40 cm.
-Geef voedingswater.
-Voer de afzuiging op.
- Plm. einde deze week voor de laatste keer sproeien . Dit is afhankelijk van de soort en hoe snel de bloei intreedt.
-Bestel bij de growshop de natuurlijke vijanden die je preventief wil uitzetten.
Roofwants en bodemroofmijt werken tegen praktisch alle plagen.
Alleen hardnekkige spint komt dan nog soms voor. In dit geval zet ik alsnog roofmijt, speciaal tegen de spint, uit.
Week 4
- Luchtvochtigheid van 65% afbouwen naar 60% in de loop van 4 weken.
- Sproei de planten 7 dagen af met schoon water, ook onder de bladeren, voordat je de natuurlijke vijanden (roofinsecten) uitzet.
- Insecten ophalen die je vorige week besteld hebt en uitzetten
- Ventilator maximaal.
- Lampen nu op minimale afstand.
- Geef voedingswater
- Zoek naar schadelijke insecten.
Week 5
-Luchtvochtigheid ong. 60%
-Voedingswater ev. met PK13-14.
-Zoek naar schadelijke insecten.
-Ruim alle dode afgevallen blaadjes op (en andere troep).
-Check de kleur van de bladeren en test de grond. Bij twijfel naar de growshop gaan.
Week 6
-Luchtvochtigheid ong. 60%.
-Voedingswater ev. met PK13-14.
-Zoek naar schadelijke insecten.
Week 7
-Luchtvochtigheid ong. 60%.
-Voedingswater met PK13-14.
-Zoek naar schadelijke insecten.
-Ruim alle dode afgevallen blaadjes op (en andere troep).
Week 8
-Luchtvochtigheid ong. 60%.
-Water geven zonder voeding.
-Test de grond. Als er veel zouten inzitten kan de grond niet meer gebruikt worden voor de volgende kweek, tenzij je deze zouten eruit spoelt. I.d.g. doorspoelen met cannazym (totdat ec < 1,6). Dit maakt de geblokkeerde voeding los en breekt tevens de dode wortels af. Corrigeer met je spoelwater (indien nodig) de pH.
-Zoek naar schadelijke insecten.
Week 9
-Houd de vochtigheid laag om schimmel te voorkomen(=55%).
-Geen water meer geven.
-Contoleer de dikste toppen op schimmel. Buig voorzichtig een grote top open totdat je de tak ziet. Zoek naar witte of bruine schimmelharen, bruine en grijze vlekken, en slijmerige plekken. Meestal heeft een schimmelende top ook verdorde, gele of bruine blaadjes. Zoek naar schimmel bij een lelijk blaadje in de dikke toppen. Laat bij twijfel een aangetast topje in de growshop zien. Als je schimmel vind, kan je het beste meteen oogsten, want het kan zich heel snel verspreiden.
-Als 2/3e van de wiethaartjes bruin is, kan je oogsten.
Grtz
Comment