Maak gratis een account aan en krijg toegang tot het volledige forum. Paswoord vergeten? klik hier om een nieuwe aan te vragen. Neem contact op indien u problemen ondervindt met inloggen of registreren.
Maak een account aan!
2015-09-20.jpgDaar waar de kringel streep het dunste is werd het eitje in het blad gelegt. De larf die uit het eitje komt vreet zich dan een weg door het blad heen. Hierbij prikt de larf telkens haar luchtbuis door het blad heen om te ademen (foto links onder). Als de larf alle berijkbare heeft opgevreten, poept die nog een keer en kruipt een stukje verder om dat weer door het blad te prikken en verder te vreten. Omdat de larf groei wordt de streep dikker en dikker. De larf zit dus altijd aan het einde waar de streep het dikste is.
Op de foto in het midden zie je dat de bovenste larf zich een weg vrat tot aan de middennerf en zich toen heeft omgedraaid een stuk door haar oude tunnel gekropen is om vervolgens rechts af te slaan.
De larven op de foto hebben zich inmiddels verpopt. Uit de pop komt dan het mineervliegje.
2015-09-206.jpgRupsen, op de foto goed zichtbaar maar in realife kijk je er vaak zomaar overheen.
2015-09-205.jpgLenswerking van een druppel. In de druppel zitten eieren van het een of ander, geen idee wat ze gelegd heeft.
2015-09-202.jpgIngescheurde stam van de vanilla kush. Ik heb er niks aan gedaan maar tot nu toe lijkt het goed te gaan, de wond is mooi verhout en niks te zien van schimmels.
2015-09-24.jpg Blauwe metselbij - Osmia caerulescens Het vrouwtje is herkenbaar aan de blauwe metaalglanskleur (mannetjes meer groen) en de zwarte buikschuier. De vrij losse beharing van het borststuk is grauwbruin, bij jonge mannetjes zelfs roodbruin, aan de onderkant zwart. De bandjes op het achterlijf zijn smal en wit van kleur. Exemplaren die in augustus vliegen, kunnen van een tweede generatie zijn.
Deze bij is ook in het stedelijk gebied aan te treffen en nestelt in bestaande, bovengrondse holtes zoals stengels en in oude kevervraatgangen in oud hout, maar ook in nestblokken. Diametervoorkeur van de gangen is 4 tot 5 mm. Per nestgang een tot zeven nestcellen. Voor de scheidingswand tussen de broedcellen worden fijngekauwde bladstukjes gebruikt. Een vrouwtje kan tijdens haar leven 5 tot 10 nesten bouwen (afhankelijk van nestgelegenheid en het weer). Het succespercentage van nakomelingen ligt echter op 50%, mede veroorzaakt door nestparasieten. In Nederland een wijd verspreid voorkomen en vrij algemeen.
Drachtplanten zijn vooral de vlinderbloemen (Gewone rolklaver) en lipbloemen (witte dovenetel). De vrouwtjes hebben verzamelharen aan de voorkant van de kop (zie het gele stuifmeel op de foto).
Vrouwtjes: metaalglas blauw; wit, met witte haarbandjes; buikschuier zwart.
Vliegtijd: tweede helft van mei - begin augustus.
Bloembezoek: tientallen soorten o.m.: lavendel, slangenkruid, gewone rolklaver, witte honingklaver, bont kroonkruid, veldsalie, hondsdraf.
Nesten: allerlei holle ruimtes met een nestingang ca. 5 mm plantenstengels, rietmatten, kevergangen in dood hout, leemwanden.
Voorkomen: ten zuiden van de lijn Alkmaar - Enschede niet zeldzaam.
2015-09-242.jpg
De Bloemwants (Anthocoris nemorum) is een kleine wants (max. ongeveer 4 mm), die graag bladluizen eet. Het is dus een roofwants (Anthocoridae). Ze eten ook wel spintmijten en daarmee is het een zeer nuttige wants. Aan uitsluitend dierlijk voedsel zijn ze echter niet gebonden, want tot het voedsel behoren ook honingdauw van luizen, plantensappen en stuifmeel. Ze zitten graag op brandnetels, maar ook op andere planten zijn ze te vinden. Een enkele keer schijnt deze wants ook mensen te steken om bloed te zuigen. Ik heb al heel wat wantsen in mijn handen gehad en ben nog nooit gestoken. Met deze zal het ook wel meevallen. De adulte wantsen zijn niet zo groot en dus zijn de nimfen (onvolwassen wantsen) ook klein.
2015-09-244.jpg
De blinde bij (zweefvlieg) dankt zijn naam aan de manier waarop ze zich doorheen de lucht bewegen. Ze vliegen korte stukjes om dan plots te stoppen en ter plaatse te blijven zweven. De zweefvlieg leeft vooral van nectar en stuifmeel, ze is dan ook vooral op bloemen terug te vinden.
De zweefvlieg wordt vaak verward met bijen of wespen, maar is echter ongevaarlijk. De zweefvliegen hebben geen angel en kunnen dus niet steken. Hun gelijkenis is geen toeval, dit fenomeen heet mimicry. Dit betekent dat de zweefvlieg de wesp nabootst om gevaarlijker te lijken in de ogen van zijn natuurlijke vijanden.
De zweefvlieg ondergaat een unieke ontwikkeling. De vrouwtjes leggen hun eizakjes af op ondiep, vervuild water, waarna een larve groeit die de 'rattenstaartlarve' heet. Meeste waterinsecten hebben het moeilijk te overleven in vervuild of zuurstofarm water maar de rattenstaartlarve vindt hierin een gepaste leefomgeving.
Het is een 2 cm lange larve die ademhaalt via een fijne, uitschuifbare buis die tot wel 15cm lang kan worden (hieraan heeft ze haar naam te danken). Ze voedt zich met rottend organisch materiaal, in het water opgeloste stoffen en plankton. In het voorjaar kruipt de larve dan op het droge, waarna ze gaat verpoppen. De vrouwtjes overwinteren soms in gebouwen, waardoor het voorkomt dat in gierkelders of waterachtige kelders heel wat rattenstaartlarven leven.
Pas u aan aan de onaangepasten. Wees tolerant voor de intoleranten. Omarm hen die u afwijzen. Het systeem heeft gefaald.
Het systeem betreurt dit ten zeerste.
Comment