Het veelbesproken wietexperiment gaat op 15 december na jaren van voorbereiding echt beginnen. De proef waarbij legale telers wiet zullen leveren aan coffeeshops, werd meerdere keren uitgesteld.
Het gaat in december eerst om de aanloopfase, schrijven de demissionaire ministers Dilan Yeşilgöz (Justitie) en Ernst Kuipers (Volksgezondheid) in een Kamerbrief. Het al in 2017 aangekondigde experiment liep de laatste jaren keer op keer vertraging op. De bedoeling was dat het experiment in 2021 zou beginnen, maar de startdatum werd verschillende keren naar achteren geschoven.
Momenteel mogen coffeeshops wiet wel verkopen, maar niet inkopen. Met de proef wordt gekeken hoe de aanlevering van wiet gereguleerd kan worden, zodat de bevoorrading niet meer 'illegaal’ gebeurt.
Tilburg en Breda mogen straks een beperkte voorraad van 500 gram aanhouden, liet Kuipers in februari weten. Er zouden daarna meer gemeenten moeten volgen. ,,Maar we beginnen met twee", aldus de minister vrijdag. ,,Alles was erop gericht om veel eerder te starten, maar het moet wel zorgvuldig. We gaan naar tien en straks elf steden, maar we beginnen met twee.”
Met de ervaringen uit de aanloopfase kan worden ingespeeld op de overgangsfase, het moment dat de andere acht deelnemende gemeenten ook mee gaan doen aan het experiment. Amsterdam-Oost heeft zich aangediend als elfde deelnemer, maar er is nog geen uitsluitsel over of dit stadsdeel daadwerkelijk kan meedoen.
Vanwege de onzekere planning van de telers staat de start van de overgangsfase niet vast, maar dit zou volgens de bewindslieden op zijn vroegst in het eerste kwartaal van 2024 zijn.
Zowel in de aanloop- als de overgangsfase mogen coffeeshops naast de legaal geteelde wiet ook gedoogde wiet verkopen. Na de zes weken durende overgangsfase start het daadwerkelijke experiment. Vanaf dan mogen coffeeshops in de deelnemende gemeenten alleen nog de gereguleerde wiet verkopen.
Volgens Kuipers kan de NVWA (de Nederlandse Voedsel- en Warenautoriteit) bij legale aanvoer de kwaliteit en eventuele vervuiling van cannabis controleren. ,,Je moet ervoor zorgen dat er voldoende aanvoer is, zowel in hoeveelheid als kwaliteit.”
Het gaat in december eerst om de aanloopfase, schrijven de demissionaire ministers Dilan Yeşilgöz (Justitie) en Ernst Kuipers (Volksgezondheid) in een Kamerbrief. Het al in 2017 aangekondigde experiment liep de laatste jaren keer op keer vertraging op. De bedoeling was dat het experiment in 2021 zou beginnen, maar de startdatum werd verschillende keren naar achteren geschoven.
Momenteel mogen coffeeshops wiet wel verkopen, maar niet inkopen. Met de proef wordt gekeken hoe de aanlevering van wiet gereguleerd kan worden, zodat de bevoorrading niet meer 'illegaal’ gebeurt.
Tilburg en Breda mogen straks een beperkte voorraad van 500 gram aanhouden, liet Kuipers in februari weten. Er zouden daarna meer gemeenten moeten volgen. ,,Maar we beginnen met twee", aldus de minister vrijdag. ,,Alles was erop gericht om veel eerder te starten, maar het moet wel zorgvuldig. We gaan naar tien en straks elf steden, maar we beginnen met twee.”
Met de ervaringen uit de aanloopfase kan worden ingespeeld op de overgangsfase, het moment dat de andere acht deelnemende gemeenten ook mee gaan doen aan het experiment. Amsterdam-Oost heeft zich aangediend als elfde deelnemer, maar er is nog geen uitsluitsel over of dit stadsdeel daadwerkelijk kan meedoen.
Vanwege de onzekere planning van de telers staat de start van de overgangsfase niet vast, maar dit zou volgens de bewindslieden op zijn vroegst in het eerste kwartaal van 2024 zijn.
Zowel in de aanloop- als de overgangsfase mogen coffeeshops naast de legaal geteelde wiet ook gedoogde wiet verkopen. Na de zes weken durende overgangsfase start het daadwerkelijke experiment. Vanaf dan mogen coffeeshops in de deelnemende gemeenten alleen nog de gereguleerde wiet verkopen.
Volgens Kuipers kan de NVWA (de Nederlandse Voedsel- en Warenautoriteit) bij legale aanvoer de kwaliteit en eventuele vervuiling van cannabis controleren. ,,Je moet ervoor zorgen dat er voldoende aanvoer is, zowel in hoeveelheid als kwaliteit.”
Comment