- Rommel laten slingeren in je ruimte en kabels die overal op de grond liggen (brandgevaar en struikelgevaar)
- Een kweekhok maken en/of isoleren met makkelijk brandbaar materiaal
- (Tweedehands) spullen niet goed inspecteren en testen alvorens deze te gebruiken
- Klooien aan je elektra-installatie als je daar geen verstand van hebt of gebruik maken van een zwaar verouderde of door een prutser aangelegde installatie
- Je kweek-elektragroep onnodig hoog belasten door er veelvraten op aan te sluiten als kachels, wasmachines en stofzuigers
- Ongeaarde stekkers en stekkerdozen gebruiken
- Te lange en/of te dunne kabels gebruiken en kabelhaspels niet afrollen
- Elektrische apparaten of stekkerdozen op de grond leggen of ondeugdelijk ophangen
- Trekkrachten op je elektrische verbindingen toelaten/uitoefenen
- Niet aansluiten van de aarde op je apparaten (dus ook je kap!)
- Kabels strippen op een manier waarbij de adermantel of koperdraadjes beschadigd raken
- Het vertinnen of opdraaien van aders i.p.v. het gebruiken van adereindhulsjes en klemoogjes
- Een VSA op een brandbare ondergrond schroeven of op de grond leggen
- Niet qua vermogen matchende HPS lamp en VSA combineren
- Lampen direct schakelen met een tijdschakelklok zonder goed relais
-Lampenkappen gebruiken met scherpe punten of randen
- Een kachel onbeheerd laten branden als die daar niet geschikt voor is
- Zelf lampen of controllers in elkaar knutselen zonder verstand van hoe dit veilig te doen
- Geen rook-/hittemelder hebben, of deze op de verkeerde plek hangen en nooit controleren
- Geen (automatische) brandblusser hebben, idem
- Geen alternatieve verlichting hebben voor als de stroom wegvalt
-Binnenshuis gebruik maken van een substraat met dierlijke meststoffen
- - Gebruik van pesticiden waar je een mogelijk onveilig eindproduct aan overhoudt
- Niet direct weggooien van door toprot aangetast eindproduct
- Direct in je lamp kijken
- De lucht in de kweekruimte te vochtig laten worden
- Niet dagelijks je kweekruimte controleren
- Niet regelmatig je kabels en componenten controleren op temperatuur en werking
- Apestoned klussen of kweken
- De enige zijn die van jouw kweekruimte weet of er de deur van kan openmaken
__________________________________________________ ____________________________________
PREVENTIE DOOR EEN GOEDE VOORBEREIDING
Kies een geschikte ruimte
De meest geschikte plek om direct of indirect in een tent/hok te kweken, is een plek die schoon is en waarvan de vloer, muren, deur en plafond niet kunnen branden, waardoor een brand zich moeilijk kan ontwikkelen en niet makkelijk kan doorslaan naar andere ruimten. Dit is uiteraard nauwelijks mogelijk en zeker niet als je in een wat ouder pand zit, waar vaak hout verwerkt zit in tussenmuren, vloeren en plafonds. Je kunt in dat geval de situatie verbeteren door alles te voorzien van brandwerende platen, denk bv. aan gipsvezelplaten. Nog beter zou het zijn om in een fysiek van de woning gescheiden ruimte te kweken, bijvoorbeeld de schuur achter in de tuin, maar helaas is dat niet iedereen gegeven. Zet je tentje of kastje liever niet in een ruimte waar mensen slapen; de rook van een eventuele brand kan je binnen no-time bewusteloos doen raken.
Zorg er voor dat de vloer niet glad is; geheid zal je een keer water morsen waardoor de vloer spekglad kan worden. Zorg er verder voor dat er geen water uit je tent/hok kan lopen door hem van een waterdichte bodem met opstaande rand te voorzien. De meeste tentjes hebben dit.
Een ruimte waar veel rommel en stof ligt verhoogt het gevaar op het ontstaan en doen oplaaien van brand, bovendien verhoog je de kans dat je struikelt over de rotzooi. Ook kan stof er voor zorgen dat je rookmelder het niet goed doet. Ruim de ruimte dus goed op en verwijder stof voordat je hem gebruikt.
Let op waar koppelingen en kranen van waterleidingen of verwarmingsbuizen zitten, zodat je later voldoende afstand kunt inbouwen naar elektrische componenten.
Koop of bouw een tent/hok dat gemaakt is van onbrandbaar of brandvertragend materiaal. De constructie moet degelijk zijn, zeker omdat je er de nodige zaken in gaat hangen. Als je er aan denkt om je wanden te voorzien van folie, bedenk dan dat dit in de fik kan vliegen, je kunt ook gewoon voor verf kiezen. Warmte en of geluid isoleren van een ruimte doe je met onbrandbaar of slecht brandend materiaal (brandklasse A1, A2 of B), dus bijvoorbeeld wel met steenwol maar niet met een piepschuimplaat met brandklasse E.
Een slot op de deur tegen pottenkijkers lijkt handig, maar is niet altijd even veilig. Als er iets gebeurt moet men idealiter direct toegang kunnen krijgen tot de ruimte en jij moet er direct uit kunnen. Zorg in ieder geval dat er altijd een (verborgen) sleutel vlakbij de deur ligt voor het geval jij of iemand anders snel moet ingrijpen.
In dit kader zullen hulpverleners het zeer waarderen als je een waarschuwingsbordje ophangt dat er zich elektra in een ruimte/tentje/hokje bevindt. Als de brandweer een brandende woning binnengaat, zullen ze er eerst voor zorgen dat gas, water en elektra worden afgesloten. Mocht je iemand zijn die onverhoopt zijn stroom van elders betrekt, dan zouden hulpverleners het zeer waarderen als je dit ook ergens kenbaar maakt!
Zorg voor een degelijke elektravoorziening
Een belangrijke voorwaarde is dat je niet zelf gaat lopen klooien aan de elektra-installatie in jouw huis als je daar geen kaas van hebt gegeten. Rommelen aan de installatie voor de meter is sowieso een no-no. Wil je toch zelf aan de slag met de installatie na de meter, lees je dan goed in. Menig bouwmarkt of klusforum heeft informatie op zijn site staan over hoe je zelf veilig aan je installatie kunt werken, neem die aanwijzingen serieus. Als er bij brand aantoonbaar problemen zijn ontstaan in een door jouzelf verkeerd aangelegd deel van de installatie, dan kan de verzekeraar dit in zijn voordeel proberen te gebruiken. Je zou dus kunnen overwegen om het een en ander te laten controleren door een vakman.
Zorg dat de (geaarde!) stopcontacten van de ruimte waar je in kweekt op een van aardlekschakelaar voorziene groep zit van minimaal 16A. Probeer een aparte groep te gebruiken waar verder geen grote stroomvreters op aangesloten zitten. Mocht je een kachel willen gebruiken, dan is het altijd beter om die gezien het hoge vermogen ook op een aparte groep te zetten. Bedenk dat als je dit niet doet, of een groep gebruikt waar iemand op staat te stofzuigen of waar je wasdroger op zit, je al snel tegen de belastbare waarde van de stroomgroep aanloopt (16A is ongeveer gelijk aan 3600W). Daarmee verhoog je het risico dat een kabel of verbinding te heet wordt.
image_281605.jpg
links: automatische zekeringen, rechtsboven: smeltzekering, rechtsonder: aardlekschakelaar
Een slechte installatie kun je o.a. herkennen aan de kwaliteit van de kabels als je je stopcontact openschroeft (nadat je uiteraard eerst de groep in je meterkast hebt uitgeschakeld). Zie je iets anders dan door bruin (fase), blauw (nul) en geel/groen (aarde) kunststof omhulde kabels, dan is alles zwaar verouderd of door een prutser aangelegd. Let op, in installaties van voor 1970 worden andere draadkleuren gebruikt: groen (fase), rood (nul) en grijs/wit (aarde)!!
Een 16A groep moet aangelegd zijn met 2,5mm2 solide kabels (vinyldraden/VD) en niet met flexibele kabels als je daarvan niet kan aantonen dat ze hiervoor geschikt zijn (bijv. YMVK-kabel, zie verder internet). Solide/volkern kabels mogen niet los hangen langs de muur of het plafond, maar behoren door stevig bevestigde PVC pijpen te lopen. Zie je open kroonsteentjes i.p.v. gesloten lasdozen met lasklemmen, dan moeten er alarmbellen gaan rinkelen. Je kunt zelf in ieder geval controleren of de aarde daadwerkelijk functioneert met een stopcontacttester uit de bouwmarkt; je zal niet de eerste zijn die er achter komt dat de aarde op je aansluiting helemaal niet functioneert. Alleen een vakman kan controleren of je aarding een voldoende lage weerstand heeft waardoor je niet alsnog een flinke klap kunt krijgen.
image_281592.jpg wcd draden.png
zo wil je het graag zien in huis!Gebruik betrouwbare apparatenBekabeling van componentenimage_281597.png
aarde-symboolAdereindhulzen_gekrompen.jpg image_281566.jpg image_281567.jpg image_281596.jpg image_281595.jpg
v.l.n.r. adereindhulsjes, krimptangen, kabelschoentje ringvorm, striptangenStekkerdozen en verlengkabels
Het klinkt misschien dom, maar vergeet niet de vermogens van alle apparatuur die er achter een stekkerdoos of verlengkabel zit bij elkaar op te tellen. Dit bepaalt welke kabeldikte je nodig hebt.
Gebruik bij voorkeur prefab stekkerdozen en verlengkabels die je bij een degelijke zaak koopt. Er bestaat genoeg low-budget rommel dat niet zelden spontaan begint te smeulen, dus beknibbel hier niet op. Bij voorkeur zijn ze voorzien van 1,5mm2 kabel of dikker, en 2,5mm2 als je een (E)VSA in je setup hebt zitten, zodat je altijd goed zit qua vermogen. De lengte mag niet te groot zijn, omdat de extra weerstand de stroomvraag vergroot, des te meer reden om niet lager te gaan zitten dan 1,5mm2. Een degelijke leverancier specificeert altijd hoeveel vermogen je door hun product mag jagen, koop dus alleen gespecificeerde producten. Ook moeten ze geaarde contacten hebben.
image_281594.jpg
low-budget = hoger risico op brand
Zelf in elkaar geknutselde stekkerdozen moet je goed controleren (zie bekabeling van componenten). Niet zelden is er twee-aderige kabel gebruikt, zit er op een geaarde contactdoos een stekker zonder aarde (of vice versa), is de kabel te dun, is de aardedraad niet aangesloten of missen er adereindhulsjes. Beter is om ze bij de minste twijfel niet te gebruiken en in de Kliko te gooien.
Een stekkercontact leg je nooit op de grond. Het beste is om ze op minimaal 1 meter hoogte op te hangen zodat een eventuele lekkage of misser met de gieter geen problemen kan geven. De kabels laat je niet los op de grond slingeren omdat je er over kunt vallen of ze kunt beschadigen, maar leg ze netjes langs de plinten of gebruik klittenbandstripjes of kabelclips om ze op hoogte te hangen. Er mag geen trekkracht op de kabel staan.
Gebruik nooit kabelhaspels als ze niet helemaal afgerold zijn, omdat ze anders heel erg warm kunnen worden als er veel vermogen doorheen gaat.
Een meervoudige wandcontactdoos is altijd beter dan een stekkerdoos, met name als je flink wat vermogen nodig hebt. Als je vier aansluitingen hebt, gebruik die dan i.p.v. er 1 stekkerdoos op aan te sluiten waarop je alle apparatuur hebt zitten. Hou een stekkerdoos of verlengkabel weg van brandbare materialen.
Ophangen/bevestigen van elektrische apparatenLampen en eventuele voorschakelapparatuur (VSA)image_281606.jpg
slechte verbinding VSA smelt weg, tevens de aarde niet aangeslotenTijdschakelklokkenVerwarming
Elektrische heaters zijn soms nodig, maar het blijven apparaten die gezien het grote vermogen en de hoge temperaturen risico's met zich meebrengen. Zeker convectie of straalkachels worden loeiheet waardoor je jezelf er aan kunt branden, maar ook ventilatorkacheltjes zijn niet zonder gevaar als ze niet vrij opgesteld staan. Veel van deze kachels zijn ongeschikt om zonder toezicht aan te zetten, doe dit alleen als de handleiding expliciet vermeldt dat dit mag. Vergis je ook niet in hoeveel vermogen een klein kacheltje vraagt, dat is al snel 2000W of meer. Een elektrisch kacheltje moet je daarom ook eigenlijk altijd aansluiten met een dikke 2,5mm2 kabel. Het behoeft verder geen uitleg dat water en een kachel slecht samengaan. Zorg dat je kachel in ieder geval is voorzien van fijne tralies of gaas, zodat bijvoorbeeld een rondvliegend stukje papier of een insect zoals een mot niet makkelijk bij het verwarmingselementen kan komen.
Afzuigers, slangen, koolstoffilters en thermostaten/toerentalregelaarsLuchtbevochtigers en ventilatoren
Zorg dat je je luchtbevochtiger goed instelt, zodat je niet straks allemaal condensdruppels aan het plafond ziet hangen. Richt de nevel nooit op je lamp of je ventilator.
Ventilatoren moeten degelijk en vrij hangen, zodat ze niet kunnen vallen of dat er zaken in kunnen komen die hem vast laten lopen. Als je laagspanning koelerfans gebruikt, zorg er dan voor dat je een goede voeding gebruikt en dat soldeerverbindingen voorzien zijn van krimpkousjes.
Overige zaken
Sommige kwekers maken gebruik van op afstand bedienbare schakelaars (bv. KlikOn). Deze schakelaars zijn hoogstwaarschijnlijk niet geschikt voor piekstromen, dus wees gewaarschuwd. Check in ieder geval altijd het maximale vermogen dat je er mee mag schakelen.
BRANDDETECTIE EN BLUSMIDDELEN
Hoe goed je ook je best doet om brand te voorkomen, er bestaat altijd een kleine kans dat het gebeurt. Voor die mogelijkheid moet je goed voorbereid zijn. De brand moet gedetecteerd worden, de elektrische bron moet uitgeschakeld worden en er moet geblust worden.
Rookmelders en hittemeldersThermostaatstekkerAutomatische brandblussersimage_281598.jpg image_281599.jpg image_281600.jpg
v.l.n.r. Mabo, Fire Knock-Out en Automatische blusser met sprinklerkop
Automatische blussers monteer je stevig zodat ze niet op de grond vallen bij brand. Bij voorkeur doe je dit op de volgende plaatsen:
- Bovenin je tent/hok, liefst boven je lamp
- Aan het plafond in de kweekruimte
- Boven een eventuele VSA
Volg verder de instructies die meegeleverd worden.
Handblusmiddelen
Het is altijd goed om een handblusser in huis te hebben. Het liefst op elke verdieping en in elk apart gebouwtje, doe jezelf en je gezin een plezier en investeer hier in.
Stel de handblusser op in de buurt van de toegangsdeur van je kweekruimte. Waarom? Uit onderzoek blijkt dat mensen in nood dezelfde weg als ze gekomen zijn als vluchtweg nemen, waardoor je hem vanzelf tegen het lijf loopt als je brand constateert in je ruimte en in paniek raakt. Met de brandblusser in de hand kun je besluiten om de brand te gaan blussen als dit geen onnodig groot risico met zich meebrengt.
De beste keuze is een schuimblusser (AFFF, aqua film forming foam) met een inhoud van minimaal 6 liter, want niets is vervelender dan dat je het brandje bijna uit hebt en je blusser blijkt leeg te zijn. Als geld echt een issue is, dan kun je ook voor een poederblusser gaan. Wees echter gewaarschuwd voor de schade achteraf, het flinterdunne poeder is nauwelijks op te zuigen en kan je elektrische apparatuur in huis beschadigen. Controleer bij deze blusmiddelen regelmatig of de druk nog voldoende is.
Lees goed vooraf hoe je je blusser moet gebruiken, zodat je niet staat te klooien als je hem echt nodig hebt.
Overige maatregelenimage_281603.jpg image_281604.png
- Een kweekhok maken en/of isoleren met makkelijk brandbaar materiaal
- (Tweedehands) spullen niet goed inspecteren en testen alvorens deze te gebruiken
- Klooien aan je elektra-installatie als je daar geen verstand van hebt of gebruik maken van een zwaar verouderde of door een prutser aangelegde installatie
- Je kweek-elektragroep onnodig hoog belasten door er veelvraten op aan te sluiten als kachels, wasmachines en stofzuigers
- Ongeaarde stekkers en stekkerdozen gebruiken
- Te lange en/of te dunne kabels gebruiken en kabelhaspels niet afrollen
- Elektrische apparaten of stekkerdozen op de grond leggen of ondeugdelijk ophangen
- Trekkrachten op je elektrische verbindingen toelaten/uitoefenen
- Niet aansluiten van de aarde op je apparaten (dus ook je kap!)
- Kabels strippen op een manier waarbij de adermantel of koperdraadjes beschadigd raken
- Het vertinnen of opdraaien van aders i.p.v. het gebruiken van adereindhulsjes en klemoogjes
- Een VSA op een brandbare ondergrond schroeven of op de grond leggen
- Niet qua vermogen matchende HPS lamp en VSA combineren
- Lampen direct schakelen met een tijdschakelklok zonder goed relais
-Lampenkappen gebruiken met scherpe punten of randen
- Een kachel onbeheerd laten branden als die daar niet geschikt voor is
- Zelf lampen of controllers in elkaar knutselen zonder verstand van hoe dit veilig te doen
- Geen rook-/hittemelder hebben, of deze op de verkeerde plek hangen en nooit controleren
- Geen (automatische) brandblusser hebben, idem
- Geen alternatieve verlichting hebben voor als de stroom wegvalt
-Binnenshuis gebruik maken van een substraat met dierlijke meststoffen
- - Gebruik van pesticiden waar je een mogelijk onveilig eindproduct aan overhoudt
- Niet direct weggooien van door toprot aangetast eindproduct
- Direct in je lamp kijken
- De lucht in de kweekruimte te vochtig laten worden
- Niet dagelijks je kweekruimte controleren
- Niet regelmatig je kabels en componenten controleren op temperatuur en werking
- Apestoned klussen of kweken
- De enige zijn die van jouw kweekruimte weet of er de deur van kan openmaken
__________________________________________________ ____________________________________
PREVENTIE DOOR EEN GOEDE VOORBEREIDING
Kies een geschikte ruimte
De meest geschikte plek om direct of indirect in een tent/hok te kweken, is een plek die schoon is en waarvan de vloer, muren, deur en plafond niet kunnen branden, waardoor een brand zich moeilijk kan ontwikkelen en niet makkelijk kan doorslaan naar andere ruimten. Dit is uiteraard nauwelijks mogelijk en zeker niet als je in een wat ouder pand zit, waar vaak hout verwerkt zit in tussenmuren, vloeren en plafonds. Je kunt in dat geval de situatie verbeteren door alles te voorzien van brandwerende platen, denk bv. aan gipsvezelplaten. Nog beter zou het zijn om in een fysiek van de woning gescheiden ruimte te kweken, bijvoorbeeld de schuur achter in de tuin, maar helaas is dat niet iedereen gegeven. Zet je tentje of kastje liever niet in een ruimte waar mensen slapen; de rook van een eventuele brand kan je binnen no-time bewusteloos doen raken.
Zorg er voor dat de vloer niet glad is; geheid zal je een keer water morsen waardoor de vloer spekglad kan worden. Zorg er verder voor dat er geen water uit je tent/hok kan lopen door hem van een waterdichte bodem met opstaande rand te voorzien. De meeste tentjes hebben dit.
Een ruimte waar veel rommel en stof ligt verhoogt het gevaar op het ontstaan en doen oplaaien van brand, bovendien verhoog je de kans dat je struikelt over de rotzooi. Ook kan stof er voor zorgen dat je rookmelder het niet goed doet. Ruim de ruimte dus goed op en verwijder stof voordat je hem gebruikt.
Let op waar koppelingen en kranen van waterleidingen of verwarmingsbuizen zitten, zodat je later voldoende afstand kunt inbouwen naar elektrische componenten.
Koop of bouw een tent/hok dat gemaakt is van onbrandbaar of brandvertragend materiaal. De constructie moet degelijk zijn, zeker omdat je er de nodige zaken in gaat hangen. Als je er aan denkt om je wanden te voorzien van folie, bedenk dan dat dit in de fik kan vliegen, je kunt ook gewoon voor verf kiezen. Warmte en of geluid isoleren van een ruimte doe je met onbrandbaar of slecht brandend materiaal (brandklasse A1, A2 of B), dus bijvoorbeeld wel met steenwol maar niet met een piepschuimplaat met brandklasse E.
Een slot op de deur tegen pottenkijkers lijkt handig, maar is niet altijd even veilig. Als er iets gebeurt moet men idealiter direct toegang kunnen krijgen tot de ruimte en jij moet er direct uit kunnen. Zorg in ieder geval dat er altijd een (verborgen) sleutel vlakbij de deur ligt voor het geval jij of iemand anders snel moet ingrijpen.
In dit kader zullen hulpverleners het zeer waarderen als je een waarschuwingsbordje ophangt dat er zich elektra in een ruimte/tentje/hokje bevindt. Als de brandweer een brandende woning binnengaat, zullen ze er eerst voor zorgen dat gas, water en elektra worden afgesloten. Mocht je iemand zijn die onverhoopt zijn stroom van elders betrekt, dan zouden hulpverleners het zeer waarderen als je dit ook ergens kenbaar maakt!
Zorg voor een degelijke elektravoorziening
Een belangrijke voorwaarde is dat je niet zelf gaat lopen klooien aan de elektra-installatie in jouw huis als je daar geen kaas van hebt gegeten. Rommelen aan de installatie voor de meter is sowieso een no-no. Wil je toch zelf aan de slag met de installatie na de meter, lees je dan goed in. Menig bouwmarkt of klusforum heeft informatie op zijn site staan over hoe je zelf veilig aan je installatie kunt werken, neem die aanwijzingen serieus. Als er bij brand aantoonbaar problemen zijn ontstaan in een door jouzelf verkeerd aangelegd deel van de installatie, dan kan de verzekeraar dit in zijn voordeel proberen te gebruiken. Je zou dus kunnen overwegen om het een en ander te laten controleren door een vakman.
Zorg dat de (geaarde!) stopcontacten van de ruimte waar je in kweekt op een van aardlekschakelaar voorziene groep zit van minimaal 16A. Probeer een aparte groep te gebruiken waar verder geen grote stroomvreters op aangesloten zitten. Mocht je een kachel willen gebruiken, dan is het altijd beter om die gezien het hoge vermogen ook op een aparte groep te zetten. Bedenk dat als je dit niet doet, of een groep gebruikt waar iemand op staat te stofzuigen of waar je wasdroger op zit, je al snel tegen de belastbare waarde van de stroomgroep aanloopt (16A is ongeveer gelijk aan 3600W). Daarmee verhoog je het risico dat een kabel of verbinding te heet wordt.
image_281605.jpg
links: automatische zekeringen, rechtsboven: smeltzekering, rechtsonder: aardlekschakelaar
Een slechte installatie kun je o.a. herkennen aan de kwaliteit van de kabels als je je stopcontact openschroeft (nadat je uiteraard eerst de groep in je meterkast hebt uitgeschakeld). Zie je iets anders dan door bruin (fase), blauw (nul) en geel/groen (aarde) kunststof omhulde kabels, dan is alles zwaar verouderd of door een prutser aangelegd. Let op, in installaties van voor 1970 worden andere draadkleuren gebruikt: groen (fase), rood (nul) en grijs/wit (aarde)!!
Een 16A groep moet aangelegd zijn met 2,5mm2 solide kabels (vinyldraden/VD) en niet met flexibele kabels als je daarvan niet kan aantonen dat ze hiervoor geschikt zijn (bijv. YMVK-kabel, zie verder internet). Solide/volkern kabels mogen niet los hangen langs de muur of het plafond, maar behoren door stevig bevestigde PVC pijpen te lopen. Zie je open kroonsteentjes i.p.v. gesloten lasdozen met lasklemmen, dan moeten er alarmbellen gaan rinkelen. Je kunt zelf in ieder geval controleren of de aarde daadwerkelijk functioneert met een stopcontacttester uit de bouwmarkt; je zal niet de eerste zijn die er achter komt dat de aarde op je aansluiting helemaal niet functioneert. Alleen een vakman kan controleren of je aarding een voldoende lage weerstand heeft waardoor je niet alsnog een flinke klap kunt krijgen.
image_281592.jpg wcd draden.png
zo wil je het graag zien in huis!Gebruik betrouwbare apparatenBekabeling van componentenimage_281597.png
aarde-symboolAdereindhulzen_gekrompen.jpg image_281566.jpg image_281567.jpg image_281596.jpg image_281595.jpg
v.l.n.r. adereindhulsjes, krimptangen, kabelschoentje ringvorm, striptangenStekkerdozen en verlengkabels
Het klinkt misschien dom, maar vergeet niet de vermogens van alle apparatuur die er achter een stekkerdoos of verlengkabel zit bij elkaar op te tellen. Dit bepaalt welke kabeldikte je nodig hebt.
Gebruik bij voorkeur prefab stekkerdozen en verlengkabels die je bij een degelijke zaak koopt. Er bestaat genoeg low-budget rommel dat niet zelden spontaan begint te smeulen, dus beknibbel hier niet op. Bij voorkeur zijn ze voorzien van 1,5mm2 kabel of dikker, en 2,5mm2 als je een (E)VSA in je setup hebt zitten, zodat je altijd goed zit qua vermogen. De lengte mag niet te groot zijn, omdat de extra weerstand de stroomvraag vergroot, des te meer reden om niet lager te gaan zitten dan 1,5mm2. Een degelijke leverancier specificeert altijd hoeveel vermogen je door hun product mag jagen, koop dus alleen gespecificeerde producten. Ook moeten ze geaarde contacten hebben.
image_281594.jpg
low-budget = hoger risico op brand
Zelf in elkaar geknutselde stekkerdozen moet je goed controleren (zie bekabeling van componenten). Niet zelden is er twee-aderige kabel gebruikt, zit er op een geaarde contactdoos een stekker zonder aarde (of vice versa), is de kabel te dun, is de aardedraad niet aangesloten of missen er adereindhulsjes. Beter is om ze bij de minste twijfel niet te gebruiken en in de Kliko te gooien.
Een stekkercontact leg je nooit op de grond. Het beste is om ze op minimaal 1 meter hoogte op te hangen zodat een eventuele lekkage of misser met de gieter geen problemen kan geven. De kabels laat je niet los op de grond slingeren omdat je er over kunt vallen of ze kunt beschadigen, maar leg ze netjes langs de plinten of gebruik klittenbandstripjes of kabelclips om ze op hoogte te hangen. Er mag geen trekkracht op de kabel staan.
Gebruik nooit kabelhaspels als ze niet helemaal afgerold zijn, omdat ze anders heel erg warm kunnen worden als er veel vermogen doorheen gaat.
Een meervoudige wandcontactdoos is altijd beter dan een stekkerdoos, met name als je flink wat vermogen nodig hebt. Als je vier aansluitingen hebt, gebruik die dan i.p.v. er 1 stekkerdoos op aan te sluiten waarop je alle apparatuur hebt zitten. Hou een stekkerdoos of verlengkabel weg van brandbare materialen.
Ophangen/bevestigen van elektrische apparatenLampen en eventuele voorschakelapparatuur (VSA)image_281606.jpg
slechte verbinding VSA smelt weg, tevens de aarde niet aangeslotenTijdschakelklokkenVerwarming
Elektrische heaters zijn soms nodig, maar het blijven apparaten die gezien het grote vermogen en de hoge temperaturen risico's met zich meebrengen. Zeker convectie of straalkachels worden loeiheet waardoor je jezelf er aan kunt branden, maar ook ventilatorkacheltjes zijn niet zonder gevaar als ze niet vrij opgesteld staan. Veel van deze kachels zijn ongeschikt om zonder toezicht aan te zetten, doe dit alleen als de handleiding expliciet vermeldt dat dit mag. Vergis je ook niet in hoeveel vermogen een klein kacheltje vraagt, dat is al snel 2000W of meer. Een elektrisch kacheltje moet je daarom ook eigenlijk altijd aansluiten met een dikke 2,5mm2 kabel. Het behoeft verder geen uitleg dat water en een kachel slecht samengaan. Zorg dat je kachel in ieder geval is voorzien van fijne tralies of gaas, zodat bijvoorbeeld een rondvliegend stukje papier of een insect zoals een mot niet makkelijk bij het verwarmingselementen kan komen.
Afzuigers, slangen, koolstoffilters en thermostaten/toerentalregelaarsLuchtbevochtigers en ventilatoren
Zorg dat je je luchtbevochtiger goed instelt, zodat je niet straks allemaal condensdruppels aan het plafond ziet hangen. Richt de nevel nooit op je lamp of je ventilator.
Ventilatoren moeten degelijk en vrij hangen, zodat ze niet kunnen vallen of dat er zaken in kunnen komen die hem vast laten lopen. Als je laagspanning koelerfans gebruikt, zorg er dan voor dat je een goede voeding gebruikt en dat soldeerverbindingen voorzien zijn van krimpkousjes.
Overige zaken
Sommige kwekers maken gebruik van op afstand bedienbare schakelaars (bv. KlikOn). Deze schakelaars zijn hoogstwaarschijnlijk niet geschikt voor piekstromen, dus wees gewaarschuwd. Check in ieder geval altijd het maximale vermogen dat je er mee mag schakelen.
BRANDDETECTIE EN BLUSMIDDELEN
Hoe goed je ook je best doet om brand te voorkomen, er bestaat altijd een kleine kans dat het gebeurt. Voor die mogelijkheid moet je goed voorbereid zijn. De brand moet gedetecteerd worden, de elektrische bron moet uitgeschakeld worden en er moet geblust worden.
Rookmelders en hittemeldersThermostaatstekkerAutomatische brandblussersimage_281598.jpg image_281599.jpg image_281600.jpg
v.l.n.r. Mabo, Fire Knock-Out en Automatische blusser met sprinklerkop
Automatische blussers monteer je stevig zodat ze niet op de grond vallen bij brand. Bij voorkeur doe je dit op de volgende plaatsen:
- Bovenin je tent/hok, liefst boven je lamp
- Aan het plafond in de kweekruimte
- Boven een eventuele VSA
Volg verder de instructies die meegeleverd worden.
Handblusmiddelen
Het is altijd goed om een handblusser in huis te hebben. Het liefst op elke verdieping en in elk apart gebouwtje, doe jezelf en je gezin een plezier en investeer hier in.
Stel de handblusser op in de buurt van de toegangsdeur van je kweekruimte. Waarom? Uit onderzoek blijkt dat mensen in nood dezelfde weg als ze gekomen zijn als vluchtweg nemen, waardoor je hem vanzelf tegen het lijf loopt als je brand constateert in je ruimte en in paniek raakt. Met de brandblusser in de hand kun je besluiten om de brand te gaan blussen als dit geen onnodig groot risico met zich meebrengt.
De beste keuze is een schuimblusser (AFFF, aqua film forming foam) met een inhoud van minimaal 6 liter, want niets is vervelender dan dat je het brandje bijna uit hebt en je blusser blijkt leeg te zijn. Als geld echt een issue is, dan kun je ook voor een poederblusser gaan. Wees echter gewaarschuwd voor de schade achteraf, het flinterdunne poeder is nauwelijks op te zuigen en kan je elektrische apparatuur in huis beschadigen. Controleer bij deze blusmiddelen regelmatig of de druk nog voldoende is.
Lees goed vooraf hoe je je blusser moet gebruiken, zodat je niet staat te klooien als je hem echt nodig hebt.
Overige maatregelenimage_281603.jpg image_281604.png
Comment